door Maaike Hilhorst
Op dit moment is er nog veel onrust en onzekerheid bij opdrachtgevers en opdrachtnemers over de Wet DBA. Voorlopig lijkt een oplossing niet te worden bereikt. Het kabinet tilt een herziening van de Wet DBA namelijk over de verkiezingen heen en heeft de handhaving – behoudens voor kwaadwillenden – opgeschort tot 1 januari 2018.
Uit de bevindingen van het Meldpunt DBA bleek reeds dat opdrachtgevers sinds de invoering van de Wet DBA terughoudend zijn met het inhuren van zzp’ers. Zelfstandigen zouden hierdoor opdrachten mislopen. Om toch aan de slag te blijven, worden nieuwe constructies gecreëerd. Zo verwijzen opdrachtgevers zzp’ers de laatste maanden door naar een tussenpartij, bijvoorbeeld payrollbedrijven. De zpp’er verliest daarbij zijn zelfstandigheid en daarmee ook de fiscale voordelen. Nieuw is de declarabele uren-bv. Daarbij neemt een externe partij een belang (20%) in de onderneming van de zzp’er en zzp’er wordt werknemer. Deze constructies is goedgekeurd door de Belastingdienst. Beide constructies zijn financieel vooral voordelig voor de opdrachtgevers die gevrijwaard zijn van boetes en naheffingen.
Hoewel de VAR-verklaring te makkelijk werd gegeven en opdrachtgevers nauwelijks risico liepen op naheffingen, zijn we met de Wet DBA in de huidige vorm niet veel beter af. De Commissie beoordeling modelovereenkomsten Wet DBA ziet kansen voor de modelovereenkomsten, maar heeft ook gewezen op een flink aantal gebreken. Zo ligt de focus te sterk op de toetsing van de tekst van het contract en is er te weinig aandacht voor de bredere context, zoals de maatschappelijke positie van partijen en de feitelijke uitvoering van het contract.
Hopelijk worden in 2017 toereikende stappen gezet om de onrust op de arbeidsmarkt weg te nemen. Wij houden u op de hoogte!
Lees ook het artikel van Ariënne Inden over de Wet DBA.