Wanneer start je spoor 2?

Een werkgever is, zolang een werknemer ziek is, gedurende 104 weken verantwoordelijk voor de re-integratie van de werknemer. Op grond van de Wet Verbetering Poortwachter gelden er in deze periode allerlei verplichtingen voor zowel werkgever als werknemer. Tegen het einde van de 104 weken beoordeelt UWV of de werkgever voldoende re-integratie inspanningen heeft verricht. Zo niet, dan wordt er een loonsanctie opgelegd van maximaal 52 weken. Gedurende deze periode moet de werkgever het loon doorbetalen en kan de arbeidsovereenkomst niet worden beëindigd.

Eén van die verplichtingen is het tijdig starten van spoor 2. In mijn praktijk merk ik dat werkgevers niet altijd helder hebben wat spoor 2 inhoudt en wanneer spoor 2 gestart moet worden. Hierbij dus wat handreikingen.

Spoor 1 betreft alle activiteiten gericht op werkhervatting binnen de eigen organisatie. Als er, rekening houdend met de beperkingen van de werknemer, passend werk voorhanden is (al dan niet door herverkaveling van taken) moet dit worden aangeboden. In spoor 1 ligt de focus op terugkeer in (aangepast) eigen werk.

Spoor 2 zijn alle activiteiten gericht op werkhervatting buiten de eigen organisatie. Als de beperkingen duidelijk zijn, kan gezocht worden naar passend werk elders. Dat kan je als werkgever zelf doen, maar je kan ook een outplacementbureau inschakelen.

Het spoor 2 traject moet ‘adequaat’ zijn. Dat betekent een ‘logisch samenhangende reeks van elkaar opvolgende, flankerende en/of overlappende activiteiten, die de afstand tussen het persoonsprofiel en het zoekprofiel van de werknemer zo snel en zoveel mogelijk opheft of verkleint’.

Oftewel: het in kaart brengen van (1) de opleidingen en capaciteiten van werknemer. (2) Van de branches, functies en/of werkzaamheden waarin (met de meeste kans op succes) gezocht kan worden en actief solliciteren. Indien een opleiding nodig is, om de kansen op de arbeidsmarkt te vergroten, kan van een werkgever worden verlangd dat die opleiding wordt bekostigd. (3) Zorg voor regelmatige rapportages waarin de ontwikkelingen in het 2e spoortraject duidelijk zijn verwoord.

Je start spoor 2:
• zodra er geen zicht (meer) bestaat op een structurele hervatting van werk binnen de eigen organisatie;
• uiterlijk binnen zes weken na de eerstejaarsevaluatie (in de 52e ziekteweek), tenzij er binnen drie maanden concreet perspectief is op structurele werkhervatting binnen de eigen organisatie in eigen, aangepast of ander passend werk. Spoor 1 en spoor 2 lopen naast elkaar in dit geval;
• zodra de bedrijfsarts spoor 2 adviseert.

Wanneer is er geen zicht meer op structurele werkhervatting in spoor 1?

Denk bijvoorbeeld aan het verval van de functie door een reorganisatie of een ondanks inspanningen, onopgelost arbeidsconflict. Ook kan er sprake zijn van blijvende beperkingen die maken dat er geen (aangepast) werk meer binnen de eigen organisatie kan worden verricht. Let op: dit moet via een arbeidsdeskundig rapport vastgesteld worden.

Een arbeidsconflict of aflopende arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd, ontslaat je als werkgever niet van de re-integratieverplichtingen. Bij een tijdelijk dienstverband kunnen alleen financiële inspanningen van werkgever worden verwacht die in verhouding staan tot de resterende periode van de arbeidsovereenkomst. Indien de kosten van re-integratie meer bedragen dan 70% van het nog te betalen loon over de resterende duur van de arbeidsovereenkomst, mag een werkgever weigeren deze financiële investering te doen. Dit geldt voor spoor 1 en spoor 2. Deze toets wordt ook gehanteerd bij arbeidsovereenkomst met een geringe urenomvang of een wisselend aantal uren.

Let op! Als de bedrijfsarts spoor 2 adviseert, start het dan ook direct. Een paar weken wachten vergroot het risico op een loonsanctie.

Nog vragen? Bel of mail mij gerust!

Ariënne Inden

Partner | Advocaat | MfN-registermediator | Team Arbeid


T +31 (0)6 1215 7059 a.inden@mend.nl