Ariënne Inden heeft als auteur voor ‘HR Professionals Netherlands’ (Linkedin) de volgende blog geschreven:
Stopzetting gehele loon bevestigd door Hoge Raad – 23 juni 2014
Op 1 november 2013 schreef ik al in mijn blog dat op grond van de tot de tijd gepubliceerde rechtspraak een gehele loonstopzetting van het loon bij de weigering passend werk te verrichten geoorloofd leek. De Hoge Raad heeft dit op 6 juni 2014 bevestigd (ECLI:NL:HR:2014:1341).
Wat speelde er? Een medewerker algemeen schoonmaakonderhoud was sinds 1 november 2006 bij CSU in dienst voor onbepaalde tijd voor (gemiddeld) 42 uur per week. Op 9 juli 2009 heeft de werknemer zich arbeidsongeschikt gemeld. De bedrijfsarts adviseerde op 9 december 2009 dat zij de werknemer op basis van de bestaande beperkingen per 14 december 2009 kon re-integreren voor halve dagen in aangepast werk. Voorts werd een opbouw van de werkzaamheden geadviseerd, leidend tot volledige werkhervatting per 28 januari 2010.
De werknemer weigerde (op een enkele keer na) de passende werkzaamheden voor enkele uren te verrichten en CSU zette het loon volledig stop over de periode 15 december 2009 tot 28 januari 2010. De werknemer vorderde zijn loon voor het deel dat hij nog arbeidsongeschikt was.
De kantonrechter heeft een prejudiciële vraag gesteld aan de Hoge Raad terzake de uitleg van artikel 7:629 lid 3, aanhef en onder sub c BW. De kantonrechter wenste te vernemen of die wetsbepalingen met zich meebrengen dat aanspraak op het loon geheel komt te vervallen en dus ook over het deel van de werktijd waarvoor de werknemer (nog) arbeidsongeschikt is als die weigert passend werk te verrichten.
(Artikel 7:629 BW bepaalt het recht op loon bij arbeidsongeschiktheid. Lid 3 aanhef luidt: “De werknemer heeft het in lid 1 bedoelde recht niet:”. Sub c luidt: “Voor de tijd, gedurende welke hij, hoewel hij daartoe in staat is, zonder deugdelijke grond passende arbeid (…) niet verricht:”).
Met een verwijzing naar de wetsgeschiedenis gaf de Hoge Raad aan dat de strekking van de bepaling is de werknemer te stimuleren zijn herstel en re-integratie te bevorderen. De sanctie van het verlies van loondoorbetaling moet voldoende afschrikwekkend zijn om te waarborgen dat de werknemer zijn eigen re-integratie serieus oppakt. Juist ook omdat in de wetsgeschiedenis is aangegeven dat een nog meer genuanceerde regeling stuit op het bezwaar dat werkgever en werknemer over de proportionaliteit van mening zullen verschillen, bestaat volgens de Hoge Raad weinig twijfel over de bedoeling van de wetgever.
“Voor de tijd, gedurende welke” is derhalve een tijdseenheid en betreft de periode in welke de werknemer weigert de passende werkzaamheden te verrichten. Weigert een gedeeltelijk arbeidsongeschikte werknemer passende werkzaamheden te verrichten voor dat deel dat hij wel in staat is te werken, dient u dus het loon volledig stop te zetten over de periode waarin hij weigerachtig is.
Voor meer informatie neem contact op met Ariënne Inden via a.inden@mend.nl of 033-4221910.
Bron: Linkedin.